zaterdag 5 november 2016

Beste Sjef

Beste Sjef,

Mijn vader heeft een groot deel van zijn leven op een ZMLK school gewerkt. Een school met voornamelijk kinderen met het syndroom van Down. Hij is al een tijdje met pensioen, maar de contacten met de school zijn gebleven. Zo heeft hij (ondertussen bijna 80) al een tijd een 18-jarige stagiair van de desbetreffende school. Samen aardappelen schillen, boodschappen doen, dat soort werk. Afgelopen zomer zijn ze samen het bankje in de tuin aan het beitsen. De stagiair werkt niet erg netjes en mijn vader geeft hem een plastic handschoen, "zodat je niet vies wordt". Gehoorzaam trekt hij de handschoen aan en gaat verder met beitsen. Met zijn onbedekte hand. Beste Sjef, in tegenstelling tot wat je beweert in dit interview, niet "ieder kind kan naar de universiteit."

Ik lees wel vaker iets waar ik mijn wenkbrauwen bij optrek, maar na het lezen van dit interview voel ik toch ook de behoefte om te reageren. Waarom? Ik weet het niet zo goed. Misschien omdat ik oprecht boos word van een aantal dingen die je zegt. Ik word trouwens ook heel blij van een aantal dingen die je zegt. Over de omgang met regelgeving, het belang van einddoelen, uitgaan van de interesse van het kind en je visie op talent (daar vinden we elkaar wel, kijk maar). Verbaasd ben ik over je uitspraak over Pablo Pineda, het "levende bewijs dat iedereen naar de universiteit kan". Hoe kóm je erbij? Je geeft aan het onderwijs te baseren op de laatste wetenschappelijke inzichten, boerenverstand en de collectieve intuïtie van leraren. Ik ben echt benieuwd op basis van welke van de drie je deze uitspraak doet. Pablo is op z'n hoogst anekdotisch bewijs, dat is in ieder geval niet echt wetenschappelijk te noemen.

Wat me echt steekt, is de manier waarop je het 'reguliere onderwijs' weg zet. Als een doctrine waarin kinderen verworden tot kasplantjes. Lokalen waarin leerlingen continu betekenisloos rijtjes aan het stampen zijn. En sterker nog, als een soort vergif. Hoe bedenk je het? En trouwens, het is...

a. ...onzin. Je kasplantjes retoriek past naadloos in het rijtje 'schools kill creativity'-achtige uitspraken die over ons uitgestort worden door mensen die niet al te vaak in scholen komen. Ik ken geen enkele school waarin geen aandacht is voor projecten, loopbaanontwikkeling, reflectie, buitenschoolse activiteiten, kunst en cultuur en wat al niet meer. En zeker: in veel scholen is er ruime aandacht voor kennis. Gelukkig maar, want juist kennis is de basis van zaken als nieuwsgierigheid en creativiteit.

b. ...onnodig. Je hebt een goed en inspirerend verhaal waarom jij/jullie/Agora de dingen doen zoals ze gedaan worden. Dat lijkt me genoeg. Geen enkele reden om daarboven op nog al je collega's die werkzaam zijn in het reguliere onderwijs (wat je daar ook mee bedoelt, zie punt a.) weg te zetten als mensen die kinderen vergiftigen.

Zo. Dat ben ik even kwijt.

Hartelijke groet,

Martijn

Geen opmerkingen:

Een reactie posten